Het hoogbegaafde kind

Zien wat er echt speelt achter het gedrag, de emotie, de vragen en het stille terugtrekken

Hoogbegaafde kinderen denken anders, voelen dieper en beleven intenser. Maar wat je aan de buitenkant ziet, zegt lang niet altijd wat er vanbinnen gebeurt. Sommige kinderen lijken druk, anderen trekken zich juist terug. Sommigen presteren opvallend goed, anderen vallen stil of haken af.

Wat ze gemeen hebben: een rijke binnenwereld die vaak te weinig gezien of begrepen wordt.


Op deze pagina neem ik je mee in die wereld. Niet met ingewikkelde theorieën, maar in taal die raakt en uitlegt. Zodat jij – als ouder, opvoeder, begeleider of leerkracht – werkelijk kunt gaan zien wat dit kind nodig heeft.

Als kindertherapeut geef ik woorden voor dat wat vaak onbegrepen wordt.

Ik weet dat alles in mij zegt dat ik hier weg wil en toch heb ik daar niks over te vertellen..

Hoogbegaafde kinderen voelen feilloos aan wat niet klopt. Ze voelen jouw intentie vóór je woorden. Hun intuïtie is vlijmscherp. Als de omgeving niet veilig voelt, sluiten ze zich af of verliezen zichzelf in aanpassing.

Zonder veiligheid geen hechting.
Zonder hechting geen ontwikkeling.
Zonder ruimte geen beweging.

HB-kinderen zijn diep zelfregulerend en zelfsturend, als we hen durven vertrouwen.
Als we ze niet fixeren, maar laten bewegen. Vanuit wie ze zijn. Niet wie wij denken dat ze moeten worden. Niet vanuit een normaliserend systeem.

Als ik niet weet wat er van mij verwacht wordt, krijg ik stress

"Mijn buik doet pijn als ik het niet snap maar toch moet doen alsof"

Stress bij (hoog)begaafde kinderen is vaak geen ‘drukte’ of ‘overgevoeligheid’.
Stress is onveiligheid.
Onveiligheid is angst.

Deze kinderen hebben een haarfijn afgestelde radar voor verwachtingen; uitgesproken én onuitgesproken. Ze voelen waar iets van hen verwacht wordt, maar kunnen die signalen niet altijd duiden. En als ze het niet zeker weten, nemen ze het zekere voor het onzekere: aanpassen, perfectioneren, controleren.

Want wat als ze het verkeerd doen?
Wat als ze falen, terwijl anderen het wél begrijpen?

Hun bewustzijn is groot, hun zelfreflectie scherp, hun lat torenhoog. Maar hun draagkracht is vaak nog klein.

En voelen dat je het niet aankunt, is pijnlijk.
Te pijnlijk soms.
Dus trekken ze zich terug.
Of worden ze rebels.
Niet omdat ze lastig zijn.
Maar omdat ze zich diep onveilig voelen.

Veiligheid is geen luxe. Veiligheid is verbinding. En verbinding is de basis van álles.

Niemand begrijpt mij en daarom voel ik mij onveilig

Een gevoel dat veel (hoog)begaafde kinderen kennen.

Deze kinderen voelen feilloos aan wat niet klopt. Ze voelen jouw intentie vóór je woorden. Hun intuïtie is vlijmscherp. Als de omgeving niet veilig voelt, sluiten ze zich af of verliezen zichzelf in aanpassing.

Zonder veiligheid geen hechting.
Zonder hechting geen ontwikkeling.
Zonder ontwikkeling geen ontspanning.

HB-kinderen zijn diep zelfregulerend en zelfsturend, als we hen durven vertrouwen.
Als we ze niet fixeren, maar laten bewegen. Vanuit wie ze zijn. Niet wie wij denken dat ze moeten worden. Niet vanuit een normaliserend systeem.

Ik voel mij zo ontzettend dom

Ik ben de enige die het niet begrijpt. Ik lijk wel de enige die vragen heeft over dat wat net verteld is. Ik lijk wel de enige die niet kan beginnen aan de opdracht.. Wat zijn die anderen toch allemaal aan het opschrijven?!

Ik moet wel heel dom zijn. Ik ben mislukt, ik faal. En dit is zo vreselijk pijnlijk, ik wil dit niet. Dus word ik heel boos en weiger ik eraan te beginnen. Of ik vlucht ervan weg door te doen alsof ik klaar ben.. En vaak kijk ik stiekem af bij mijn buurman, want die zal het wel goed hebben... Wat moet de juf mij een sukkel vinden..

Dat dit elke keer gebeurt vind ik zo heftig, ik kan dat helemaal niet verwerken. Dus krijg ik buikpijn, hoofdpijn. En schreeuwt alles in mij dat ik niet naar deze vervelende, onveilige plek wil. De plek die ze school noemen..

Maar ik moet, ik moet elke dag naar deze plek. De plek waar zo duidelijk wordt hoe stom ik ben.

Ik manipuleer niet, ik zorg voor mijzelf

Ik voel heel goed aan wat een ongezonde situatie voor mij is. Waar veel stress ontstaat. Mijn intuïtie zegt dan dat ik daar weg moet blijven, dat ik moet zorgen voor veiligheid.

En deze veiligheid vind ik bij jou, de persoon waarmee ik gehecht ben. Dus ik zeur, schreeuw en eis dat ik bij jou mag blijven. Ik zet dan alles in, want zo wanhopig voel ik mij.. Ik wil zo graag gezien en begrepen worden.

En als ik dan merk dat je mij ziet en begrijpt. Als ik dan weet dat ik bij jou mag blijven, dan ben ik blij en opgelucht. Ik ben dan namelijk veilig. Op een plek waar ik kan en mag ontspannen. Ik kan dan weer mezelf zijn.

Ik heb je niet gemanipuleerd, ik heb voor mezelf gezorgd. En jij was in staat dat te zien.

Gaan we dit nu alwéér doen?!

Gaan we dit nu alweer doen? Pfff... Het is zo vervelend dat alles eindeloos wordt uitgelegd, want het duurt allemaal zo lang.. En tijdens deze tijd kan ik mijn hoofd niet vrij laten bewegen... Dat verplicht moeten luisteren kost mij zo vreselijk veel energie, het trekt mij letterlijk leeg. Na de eerste alinea wist ik al precies ALLES.

Ik mag mijzelf niet uitspreken, omdat ik moet luisteren. Omdat ik de relatie met mijn juf of meester goed wil houden, hou ik mij in.. Omdat ik niet wil opvallen, omdat ik al zo anders ben, heb ik geleerd mij terug te trekken in plaats van mij te laten horen.. Daarom ben ik thuis super gefrustreerd, boos of verdrietig. Ik word namelijk niet gezien en begrepen en ik ben alleen maar aan het geven... Ten koste van mezelf, ten koste van mijn zelfbeeld en zelfvertrouwen.. Daarnaast heeft mijn brein uitdaging nodig, om mijn hoofd gezond te houden moet het hard werken. Niet lineair, zoals in de klas, maar door sprongen, heen en weer. Maar ook zonder alle onzinnige details.

In de klas kunnen ze er wel 30 van mij hebben.. Of ik heb de lachers op mijn hand, want ik ben een geweldige clown. En soms als ik mij echt verveel ga ik andere kinderen pesten of de juf/meester uitdagen.. Zo bescherm ik mij tegen het gevoel dat ik van binnen heb. Want dit moeten doorvoelen is ondraaglijk, dat kan ik helemaal niet aan.

Deel dit account met ouders die deze informatie kunnen gebruiken als ondersteuning. Gehoord voelen, herkennen wat er beschreven staat, begrijpen wat achter gedrag zit en erkennen van de binnenwereld van het kind = een belangrijk onderdeel om het te kunnen volhouden.

Als ik mijn emoties niet mag en kan uiten, dan slaat dit om in boosheid naar mezelf

Vaak als ik boos of verdrietig ben, dan wil ik dat uitspreken. Ik zou het zo fijn vinden om dat kwijt te kunnen, om kwijt te kunnen wat mij bezighoudt. En het voelt zo fijn als iemand mij bevestigd of vertelt dat het normaal is wat ik voel. Dat ik het mag voelen. Zodat ik mijn emoties en gevoelens serieus leer nemen, zodat de ander mij laat zien hoe ik hiermee om kan gaan. Want mijn emoties willen gezien, doorvoeld, erkend en geaccepteerd worden.

Helaas is dit niet altijd het geval, of eigenlijk meestal niet. Want ik hoor heel vaak dat ik mij er overheen moet zetten, dat ik mij niet zo moet aanstellen of dat ik beter mijn mond kan houden.

Daarnaast zeggen ze wel eens: "Doe toch niet zo moeilijk." "Zet je er overheen." "Even doorbijten." "Stel je niet zo aan." "Huil toch niet zoveel." "Waarom ben je nu weer boos?" "Er is ook altijd wat met jou" "iedereen kan dit, waarom jij dan niet?" "Het leven is nu eenmaal niet eerlijk".

Dit zijn voor mij de boodschappen dat ik er niet mag zijn met al mijn emoties, gevoelens, gedachten en twijfels. Dit is voor mij de boodschap dat kwetsbaarheid niet kan en dat mijn belevingswereld niet normaal is. Ik stop dus met uiten van deze zorgen, verdriet, pijn. Ik stop met het delen van mijn emoties. Ik stop met voelen.

Mijn emoties worden hierdoor niet erkend. Ze kunnen niet doorvoelt en geaccepteerd worden door mij. Omdat dit pas gebeurt als ik ze ruimte geef en ze kan delen met iemand waarmee ik een goede verbinding heb.

En dus slaat het naar binnen. Onverwerkt verdriet dat niet weg kan, de twijfels over wie ik ben, onrecht dat me aangedaan wordt, een gevoel van eenzaamheid dat ik elke dag ervaar, het vreselijk vervelen in de klas, de juf/meester die mij maar niet lijkt te begrijpen: het wordt opgeslagen in mijn binnenste.

En dan zie je vaak gebeuren dat het omslaat in boosheid, boosheid op mezelf. Een minderwaardigheidsgevoel, een twijfel aan bestaansrecht ontstaat.

De fouten die ik maak of de momenten dat ik niet begrepen word, het gevoel dat ik er niet bij hoor: het is allemaal mijn eigen schuld. Het maakt me boos op mezelf. Ik neem mezelf kwalijk dat dit is hoe ik de buitenwereld ervaar.

De gevolgen kunnen enorm heftig zijn, want dit ontwikkelt zich tijdens mijn verder leven in bijvoorbeeld een depressie, een eetprobleem, straatvrees, mezelf beschadigen en nog vele andere soorten problemen...
 

Mijn woede is een symptoom van een dieperliggend patroon

Als ik boos ben, dan ben ik heel boos. En praten heeft dan niet zoveel zin, want het deel in mijn hersenen waar mijn taal wordt verwerkt, staat uit. Mijn boosheid komt vanuit het oerbrein.

Vaak lijkt het of dat ik boos word om niks. Dan hoor ik ook wel eens: "jeetje, word je daar nou boos over?" Maar de boosheid die ik voel gaat niet alleen over dat ene moment.

Het is vaak een opeenstapeling van dingen. Het niet gezien worden. Mijn aanpassen op school. De verveling die ik voel. De wanhoop en machteloosheid waar ik mee te maken heb. Omdat ik afhankelijk ben van mensen die mij niet begrijpen. Ik voel mij zo vaak heel onveilig.

Accepteren van de situatie is voor mij moeilijk, omdat mijn drive, mijn capaciteiten, mijn brein uitdaging nodig hebben. Ik heb het nodig om na te denken en me ergens in vast te bijten. Ik heb het zo zwaar.. Ik heb ook alles heel goed door, ik voel namelijk hoe mensen over mij denken en wat zij van mij vinden. Ik heb door dat ze niet weten wat ze met mij aan moeten..

Zoals je misschien wel merkt tijdens mijn woede aanvallen, kan ik niet zo goed reguleren op dat moment. Het zou fijn zijn als je mij daarbij helpt. Niet door tegen me te praten of te schreeuwen dat ik normaal moet doen. Niet door me weg te sturen naar een kamer waar ik alleen ben. Want dan wordt mijn eenzaamheid bevestigt.

Er is een theorie dat je boosheid niet kan oplossen met bijvoorbeeld slaan tegen een kussen, omdat dit de adrenaline in mijn lijf zou versterken. Maar mijn boosheid moet eruit, anders gaat het in mijn lichaam zitten en dan krijg ik klachten in mijn buik, in mijn hoofd. Ik word ongelukkig. Betrek het op wie ik ben.

Het kan fijn zijn als je gewoon bij me in de buurt blijft. Dat als ik na deze woede ga huilen, ik bij jou troost kan zoeken. Of dat ik na de ergste piek samen met jou kan ontspannen. En dat ik weet: mijn boosheid schrikt jou niet af. Het mag.

Vind je het gevaarlijk wat ik doe als ik boos ben? Dan kunnen we afspreken, tijdens een moment dat ik niet boos ben, wat ik kan doen op zo'n moment, hoe ik mijn boosheid kwijt kan. Vaak weet ik heel goed wat ik nodig heb op zo'n moment, dat kunnen we bespreken tijdens een ontspannen samenzijn.

Ik draag met mijn gevoeligheid

Hoe complexer mijn brein is, hoe fijngevoeliger mijn zenuwstelsel. Anders gezegd: hoe hoogbegaafder ik ben, hoe meer ik voel.

En soms is er een discussie over hoe hoogbegaafdheid ik ben, omdat dit soort dingen tijdens een IQ-test niet naar voren komen. De gevoeligheid, de complexiteit, de intensiteit van mijn belevingswereld, de dunne filter tussen mij en de buitenwereld. Daarom wordt vaak onderschat hoe pittig het voor mij is en wordt niet gezien dat ik het dagelijkse leven echt heel zwaar vind.

Alles komt heel intens binnen. Geluiden, geuren, sferen, onuitgesproken intenties en verwachtingen. Daarnaast is mijn eisenpakket voor mezelf torenhoog. Ik moet het goed doen. Ik moet lief gevonden worden. De verbinding met de leider van de groep, bijvoorbeeld mijn ouders, de juf, meester, moet goed zijn. Dus ik ben keihard aan het werk om die verbinding in stand te houden, omdat ik weet, aanvoel, hoe belangrijk dit is. Omdat ik aanvoel dat het niet per definitie onvoorwaardelijk is.

De energie die ik uitstraal en die om mij heen hangt, is vaak heel prettig en heel zacht. Dit betekent bijvoorbeeld dat de kinderen in de klas die het moeilijk hebben op mij leunen, omdat zij rustig worden van mijn energie. En dat draag ik, omdat ik voel dat anderen dit nodig hebben en dat ik dat kan geven. Echter kan ik niet alleen maar geven en de sterke pilaar zijn voor de kinderen die niet op zichzelf kunnen vertrouwen. Dit breekt mij letterlijk op. Het is te veel voor mij, onhoudbaar.

Mijn filter is flinterdun, dus alles om mij heen voel ik van binnen; in mijn hoofd, in mijn lichaam. Ik draag, ik voel, ik beweeg me altijd in verbinding met de energie buiten mezelf.

Dit zorgt er vaak voor dat ik wil vluchten hiervan. Ik wil naar binnen keren, ik kan het niet, het zorgt voor paniek en stress. Dus loop ik er van weg of ik ga heel hard werken om het de ander naar de zin te maken. Omdat als ik mij richt op de aandacht naar de ander toe, ik niet voel wat er van binnen met mij gebeurt.

Dit is een bescherming. Het weglopen of juist het verzorgen van een ander is een bescherming, zodat ik rechtop blijf staan. En een bescherming betekent dat het van binnen niet goed gaat.

Soms heb ik het nodig om de controle te pakken

Soms krijg ik te horen dat ik niet zo moeilijk moet doen, dat ik me aan moet passen. Dat ik niet zo bazig moet doen. Want die autonome houding van mij is niet wat hoort. Het is wat veel volwassen mensen niet aankunnen. Niet begrijpen. Het wordt gezien als brutaal.

Het past niet binnen een plaatje van hoe een kind zich hoort te gedragen. Het past niet binnen een plaatje van de machtsverhoudingen binnen een gezin, op school of bij andere instanties waar ik afhankelijk ben van iemand die mij helpt.

Dat ik autonoom en zelfsturend ben, betekent niet dat ik de baas ben. Het betekent dat ik vrijheid nodig heb om te leren, op mijn eigen manier. Mijn leergierigheid en nieuwsgierigheid ruimte geven is essentieel voor mijn welzijn.

Soms kan mijn autonomie overkomen als controle, alsof ik de ander geen ruimte geef. Maar eigenlijk is dit niet mijn 'echte' autonomie die je dan ziet. Hier gebruik ik mijn ontwikkelde autonomie om controle te houden, ik verschuif dus de functie van mijn autonomie van gezond naar een beschermingsmechanisme. Als de situatie spannend is, zet ik controle in als een soort schild. Want als ik controle pak, hoef ik niet te voelen hoe kwetsbaar ik op zo'n moment ben. En kan ik ook niet zo snel nóg meer gekwetst worden.

Als ik bijvoorbeeld niet weet wat er van me verwacht wordt, als ik door heb dat ik niet begrepen wordt of als er geëist wordt, zonder dat dit altijd uitgesproken wordt, dat ik me aanpas kan dit mij een heel onveilig gevoel geven. Het vraagt namelijk om afstand te nemen van mijzelf en dat wil ik helemaal niet. Dus ik neem liever afstand van jou door een grens te stellen in mijn tegemoetkoming. Ik doe een stap terug, maar blijf wel in verbinding door middel van mijn gedrag.

Het doet mij veel pijn dat dit wordt gezien als brutaal of lastig. Het doet mij nog meer pijn dat niet begrepen wordt dat ik dit doe uit zelfbescherming, uit liefde voor mezelf. En tegen het gevoel van de pijn die deze situatie mij geeft. Het is voor mij zo ontzettend moeilijk dat ik elke keer de bevestiging krijg dat ik teveel, te zelfstandig, te ver ben.

Ik heb een duidelijke, empathische leider nodig

Ik heb een sterke leider nodig.. Niet een strenge ouder, maar wel één die voor mij kaders stelt. Een leider die mij steunt en helpt wanneer dat nodig is.

Ik weet heel goed wat ik wil en hoe ik dat wil. Ik ben ook autonoom en zelfsturend als ik lekker in mijn vel zit, maar toch loop ik tegen veel dingen aan.

Ik zie alles, ik voel alles. En ik begrijp soms teveel voor wat ik al aan kan. Ik weet dat ik anders ben dan de andere kinderen en ik vind het zo ontzettend moeilijk om hen te begrijpen. Het feit dat ik goed doorheb dat ik er niet bij hoor is moeilijk, het raakt mij namelijk in mijn kern. Soms vraag ik mij af of ik wel welkom ben.

Welkom in de klas, welkom om te spelen, om mee te doen met het spel. En met samenwerken word ik al helemaal nerveus hierover.

Dan heb ik jou nodig voor steun en begeleiding. Het zou zo fijn zijn als je begrijpt wat ik bedoel, zegt dat ik mij zo mag voelen en eventueel uitlegt hoe ik hiermee om kan gaan voor mezelf. Het is zo fijn als je naast mij komt staan en mij de weg wijst.

Gegeven kaders zorgen voor duidelijkheid, zodat ik weet wat er van mij verwacht wordt. Ik leer hoe ik mezelf kan bewegen binnen deze maatschappij. Ik voel dat er voor mij gezorgd wordt. Ik leer over de normen en waarden, wat voor mijn rechtvaardigheidsgevoel heel belangrijk is.

Een sterke leider die mij ziet zorgt voor mijn gevoel van veiligheid. Het zorgt ervoor dat ik weet dat ik het nooit helemaal alleen hoef te doen.

Als ik iets doe wat niet mag, dan heb ik behoefte aan verbinding

Als ik straf krijg bevestigd het dat ik niet goed genoeg ben, dat ik niet om van te houden ben. Soms ben ik vervelend en soms doe ik dingen die absoluut niet mogen, maar ik leer. Ik leer elke keer weer bij. Daarnaast is dat deel van mijn hersenen waar dit gereguleerd wordt nog niet volgroeid, dat is pas klaar met ontwikkelen als ik 25 jaar oud ben.

Ik ben hooggevoelig, dus ik voel heel intens, maar neem ook intens waar: ik voel wat mensen van mij vinden, ik voel het als er een sfeer hangt, ik voel het als er onuitgesproken zaken spelen. En dit maakt mij onzeker, bang. Het maakt dat ik mezelf wil beschermen en veiligheid wil zoeken. Echter is dat te spannend voor mij, want als iemand in zo'n situatie te dichtbij komt, dan kan ik nóg heftiger gaan voelen. Dus sluit ik mij daarvoor af, laat ik eigenlijk zo min mogelijk van mijzelf zien. En toch ben ik op zoek naar iemand waar ik op kan leunen. Hoe ik dat doe? Door te schreeuwen, te krabben, schoppen of slaan. Door boos te zijn en door dingen te doen die ik niet mag. Want als ik dat doe, dan is er verbinding. En of dat deze verbinding positief of negatief is, maakt eigenlijk niet zoveel uit. Er is contact met degene waar ik het meest op vertrouw.

Als ik straf krijg en weggestuurd wordt, krijg ik de boodschap dat ik er helemaal alleen voor sta. Ik heb niet in de gaten dat dit is om mij te helpen, dat dit gebeurt, omdat grote mensen denken dat ik hiervan leer hoe het wél moet. Maar eigenlijk leer ik hier alleen maar van dat ik er niet mag zijn, dat mijn zorgen niet gezien worden. Dat ik er alleen in sta, terwijl ik dat voor mijn gevoel nog helemaal niet kan.

Je hebt een grote kans dat het erger wordt, mijn gedrag. Want ik laat echt iemand niet winnen hoor. Het kan ook zijn dat ik mij ga aanpassen, dat ik ga doen wat ze van mij verwachten. Dit betekent wel dat ik mijn eigen emoties wegstop, waardoor ze uiteindelijk naar binnen gericht zijn: ze internaliseren. Ik word boos op mezelf, ga mezelf vreselijk vinden.

Achter mijn boze buien en mijn boodschap dat je weg moet zit een heel verdrietig kind dat verlangt naar een knuffel, een "ik hou van jou" en "alles komt goed". Leer mij hoe ik wél in verbinding kan komen

En dan moet ik na de zomer naar een nieuwe groep..

Oh nee, zometeen, na de zomer moet ik naar de volgende groep met een andere juf. Terwijl ik net het gevoel had dat het begon te wennen in deze groep. Dat de juf mij doorkreeg. Dat ik eindelijk de veiligheid voelde om mezelf te durven zijn. Ik heb echt wel door dat het altijd even puzzelen is voor mij en voor de juf. Dat het even duurt voor we gevonden hebben hoe we met elkaar omgaan en wat we aan elkaar hebben. Het duurt heel lang voor ik het vertrouwen heb dat ik mezelf kan zijn.

En straks moet ik helemaal opnieuw beginnen. Ik weet gewoon niet wat er van mij verwacht wordt straks. Welke regels er zullen zijn. Hoe moeilijk het werk wordt. En stel dat ik het heel moeilijk vind, mag ik dan wel hulp vragen? Mag ik boos zijn? Mag ik verdrietig zijn? Mag ik blij zijn? Of zal ze heel streng zijn? Zal de klas bang voor de juf zijn? Of worden we juist heel vrolijk van haar, is ze heel lief? Gaat ze mij wel begrijpen? En wat als mij ga vervelen of het mij juist niet lukt?

Oh, al deze vragen maken mij zo ontzettend zenuwachtig. Mijn hoofd raakt daar vol van. Waardoor ik sneller boos ben of sneller huil, ook wel minder goed slaap. Al die vragen, al die risico's. En ik krijg nergens antwoord op, want dat kan niet... Die onzekerheid is zo stressvol.

Het masker van de hoogbegaafde puber

Ik ben een puber en ik heb het goed voor elkaar, op school pak ik alle autonomie die ik kan pakken.

Ik maak bijvoorbeeld mijn huiswerk alleen als ik dat wil, ik kom alleen naar de lessen die ik nuttig vind. Ik laat mij door de docent niks vertellen, want die plaatsen zich ook veel hoger dan waar ze daadwerkelijk staan. Noem me rustig brutaal of ontspoort.

Ik heb vrienden, maar ík bepaal of we vrienden zijn, want lang niet iedereen verdient mijn vriendschap. Flirten, zoenen en sex zijn voor mij een spel, ik doe dat om mijn positie te versterken en om te laten zien dat ik de controle heb. Ik doe dat zonder emotie, want verbinden is voor mietjes.

Niemand durft tegen mij in te gaan en iedereen vindt mij vol zelfvertrouwen.

Maar... Stiekem is dit mijn masker, mijn muur. Ik ben te vaak in mijn leven niet gezien, ik heb mijzelf mijn hele jeugd moeten aanpassen. Ik weiger dat nog te doen, wie denken ze wel niet dat ze zijn.

Mijn gevoel van eenzaamheid is enorm, als ik alleen ben, ben ik verdrietig En als dat te heftig is om te ervaren, ben ik gevoelloos. Door mezelf te verharden blijf ik overeind staan en overleef ik letterlijk het leven.

Niemand ziet mij en niemand neemt de moeite om door mijn gedrag heen te kijken. Niemand kan zien wie ik daadwerkelijk ben, er is niemand die dat écht wil. Ze hebben hun oordeel over mij al klaar en dat bevestigt mijn overtuiging dat ik niet belangrijk genoeg ben, dat ik er niet toe doe.

Ik ben keihard van buiten, maar ontzettend klein van binnen. Mijn binnenkant is onbereikbaar, zelfs voor mij. Mijn heftige gedrag is de enige manier om in verbinding te staan met mijn omgeving, want stel je voor dat die verbinding weg zou vallen. Stel je voor dat ik afgestoten wordt, ook al lijk ik daar om te vragen. Dan betekent dat dat helemaal niemand van mij houdt.

Dus als jij mij echt wilt bereiken, veroordeel me dan niet. Kijk verder. Zie mijn pijn. En als je dat kunt, dan kan ik misschien langzaam mijn muur een stukje laten zakken. Verwacht niks van mij, helemaal niks, want dat is veel te kwetsbaar. Benoem alleen maar dat je mij écht ziet, dat ik het waard ben. Dat ik er mag zijn en dat ik mag vertrouwen.

©Auteursrecht. Alle rechten voorbehouden.

We hebben je toestemming nodig om de vertalingen te laden

Om de inhoud van de website te vertalen gebruiken we een externe dienstverlener, die mogelijk gegevens over je activiteiten verzamelt. Lees het privacybeleid van de dienst en accepteer dit, om de vertalingen te bekijken.